World thought leaders in High Performance

Artikelen

Een safarigids voor de carrièretijger

door Paola van de Velde (Telegraaf)

Wie zijn collega een gans, rat of olifant noemt, bedoelt dit doorgaans allesbehalve complimenteus. In de volksmond geldt immers dat deze dieren respectievelijk dom, opportunistisch en tactloos zijn. Toch kunnen organisaties en hun werknemers heel wat leren van de werkwijze en overlevingsstrategie van deze dieren, betogen Marco Schreurs en Simon van der Veer. Zij schreven het vermakelijke managementboek ’Animal Firm’, een safarigids voor de carrièretijger.

Nodeloos te zeggen dat de titel verwijst naar ’Animal Farm’, de satirische roman van George Orwell over tirannieke varkens die de macht grijpen op een boerderij. ’Animal Firm’ belicht echter uitsluitend positief gedrag uit de dierenwereld dat kan worden ingezet om van vrijwel elk organisatie een excellerend presterende organisatie (te werken aan performance improvement) te maken en zo de klant- en medewerkertevredenheid, de loyaliteit, de kwaliteit van diensten of producten en daarmee de winst te verhogen en de prestaties verbeteren.

Marco Schreurs, in het dagelijks leven partner van het trainings- en ontwikkelingsbureau Direction Europe en tevens werkzaam voor het HPO Center schreef twee jaar geleden al een parabel over de mieren. Zijn collega Simon van der Veer, onderzoeker en adviseur op het gebied van organisatie- en cultuurontwikkeling bij het Center for Organizational Performance, stelde tijdens zijn vorige baan al een inspirerende tekst samen over chimpansees. „We hebben voor ons eerste boek onze krachten gebundeld. Alleen ga je misschien sneller, maar samen kom je verder”, zeggen de schrijvers.
Schreurs vergelijkt zichzelf het liefste met de Afrikaanse wilde hond. „Ik gedij het best in een groep, ik heb samenwerking met anderen nodig om tot grotere prestaties te komen. De wilde hond is niet het snelste of sterkste roofdier op de savanne, maar vanwege zijn onovertroffen teamwerk is de successcore hoger dan van elk ander roofdier. Een luipaard heeft bij de jacht 10% kans dat hij zijn prooi daadwerkelijk vangt. Bij de cheeta is dit gemiddeld 50%, maar de Afrikaanse wilde honden zien dankzij hun estafettetechniek, waarbij de dieren om beurten het slachtoffer opjagen en uitputten, maar liefst 80% van hun aanvallen slagen.” Organisaties die uitmuntend willen presteren, kunnen leren van deze wilde honden. „Zij zorgen voor alle leden van de roedel. Ook voor oude, zieke en jonge exemplaren. Dat kun je soft noemen. Maar het is wetenschappelijk bewezen dat een organisatie met een veilige werkomgeving meer succes behaalt”, aldus Schreurs.
Hij vergelijkt zijn jongere collega Van der Veer bij voorkeur met een mier. „Mieren geven elkaar continu feedback. Simon is geweldig in het geven van opbouwende kritiek.” Zijn co-auteur lacht. „In een mierenhoop staan een open dialoog voeren, kennis delen, leren van fouten en elkaar feedback geven centraal. Ook werken deze insecten met een soort gildesysteem van meesters en gezellen. Dat hun organisatie gesmeerd loopt, blijkt wel uit het feit dat mieren over de hele wereld in groten getale voorkomen. Het is een van de succesvolste diersoorten op aarde.”

Hij vervolgt: „Organisaties die goed willen presteren doen er verstandig aan om net als de mieren kennis te delen, maar ook van elkaars fouten te leren. Wij adviseren dan ook in ons boek om binnen je eigen team de ’beste fout van de week’ te introduceren en met elkaar te bespreken. Fouten maken mag, als je maar leert van de fout.”
Van der Veer vindt overigens dat hij zelf ook wel iets kraai-achtigs in zich heeft. „Kraaien zijn ongelooflijk nieuwsgierig en meesters in het vinden van slimme nieuwe oplossingen. Verbetering en innovatie zitten in hun DNA. Dit zijn ook belangrijke competenties voor uitstekend presterende organisaties, die zich niet alleen kenmerken door de kwaliteit van management en medewerkers, maar ook door een lange termijn focus, open cultuur en actiegerichtheid en continue verbetering en vernieuwing.”

Volgens de twee auteurs zoeken veel organisaties gelijkgestemden als ze nieuw personeel werven. Soort zoekt soort. Maar dit is niet altijd zo verstandig. „Op de savanne trekken gnoes, zebra’s, struisvogels en giraffen gezamenlijk op. Juist door hun onderlinge verschillen, vormen ze een complementair team. Samen profiteren ze van elkaar sterke punten, om zo het gevaar van roofdieren beter te kunnen trotseren. Managers doen er goed aan om ook eens de diversiteit van het eigen team onder de loep te nemen. Bestaat deze voor het grootste gedeelde uit dezelfde zebrapakken? Dan wordt het hoog tijd om de afdeling van vers bloed te voorzien. Homogeniteit schakelt op korte termijn weliswaar sneller, maar over een periode van vijf tot tien jaar werkt dit ineffectief.”

Organisaties die sterk resultaatgericht zijn, kunnen zich spiegelen aan de olifant. Deze dikhuiden hebben veel ervaring met coachend leiderschap. De matriarch staat voortdurend in contact met de andere leden van de kudde. Zij neemt de besluiten maar handelt altijd in het belang van de groep, zonder dubbele agenda’s. „Zieke olifanten worden ondersteund en van overleden olifanten wordt op waardige wijze afscheid genomen”, zegt Van der Veer. „Ook dit is een goede les voor organisaties, die mensen die niet aan de verwachtingen voldoen maar laten aanmodderen. Goede begeleiding van het personeel is belangrijk. Het is socialer om onderpresteerders nieuwe kansen te bieden, dan hen te laten wegkwijnen.”

Het HPO Center verzorgt regelmatig inspiratiesessies, workshops (o.a. Animal Firm workshops door Marco Schreurs) en lezingen rond succesvol samenwerken, prestatieverbetering en High Performance Leiderschap. Heeft u interesse, vragen of wilt u meer weten over wat het HPO-raamwerk voor uw organisatie kan betekenen? Neemt u dan contact op met Marco Schreurs (T. 035-6037007).