HPO Center

Ritueel 5 van slechte managers: De slechte manager geeft de schuld altijd een ander

Iedereen heeft tegenwoordig targets, of hij nu in een profit-, een non-profit- of een overheidsorganisatie werkt. Het vervelende van die targets voor de slechte manager is De slechte manager geeft altijd een ander de schulddat men verwacht dat hij ze haalt. Nog vervelender is het voor de slechte manager dat hem dat vaak niet lukt, omdat targets altijd te ambitieus worden gesteld. En daar staat de slechte manager dan als de rapportage uitkomt: wéér zijn targets niet gehaald. Dat mag hem in Nederland wellicht een paar keer gebeuren – in Amerika is het vaak na een, hoogstens twee keer de kwartaalnormen (quarterly earnings) missen einde oefening – maar komt het vaker voor, dan mag hij vertrekken. De slechte manager kiest daarom voor de vlucht voorwaarts. Hij past namelijk drie aanvalstactieken toe.

1. De slechte manager geeft de schuld aan de managementrapportage

De slechte manager verkondigt luidkeels dat de managementrapportage niet kan kloppen. Hij weet namelijk zeker dat hij de targets wel heeft gehaald, hij heeft zelfs een eigen rapportage om dat aan te tonen (altijd handig, zo’n schaduwsysteem en -rapportage), dus het moet wel aan die officiële rapportage liggen. De slechte manager insinueert dat de financiële afdeling weer haar werk niet goed heeft gedaan en dat de IT-afdeling er ook wel iets mee te maken zal hebben. Als er iets fout gaat, is IT immers altijd betrokken. Daarom stelt hij voor een projectteam in te richten dat de zaak diepgaand zal onderzoeken. Niemand zal het hiermee oneens zijn, want de volgende keer wordt wellicht een van hen het slachtoffer van onjuiste cijfers. De slechte manager gaat zelf in het projectteam zitten om de voortgang daarvan op zo veel mogelijk manieren te vertragen. Hiermee wint hij algauw een half jaar.

2. De slechte manager geeft de schuld aan de buitenwereld

De crisis is een godsgeschenk voor de slechte manager. Alles wat fout gaat kan namelijk op de crisis en de recessie worden geschoven en het wordt nog geaccepteerd ook, want iedereen doet het immers.Waar vroeger de dollarkoers het altijd had gedaan (te hoog, te laag, te wispelturig) geven nu de economische omstandigheden de slechte manager een uitgelezen mogelijkheid om het hoger management duidelijk te maken dat de targets sowieso onrealistisch hoog waren. Hiermee wint hij tijd zolang de recessie en de nasleep daarvan duren.Maar ook aan deze crisis zal een einde komen, dus zorgt de slechte manager ervoor dat hij nieuwe boosdoeners heeft klaarliggen. Een aantal voorbeelden uit het repertoire van de slechte manager: het is een te mooie zomer geweest, het is een te slechte zomer geweest, we kunnen haast geen mensen krijgen, we kunnen alleen maar brandhoutmensen vinden, we hebben flinke stormschade opgelopen, de vorige CEO heeft te weinig geïnvesteerd, de vorige CEO heeft te veel geïnvesteerd, een aantal afnemers is failliet gegaan, we hadden nooit moeten reorganiseren, we hebben de reorganisatie veel te laat ingezet, het zijn de verkiezingen, het is de regering.

3. De slechte manager geeft de schuld aan de zwakste collega

De slechte manager observeert de organisatie goed, inventariseert de ‘zwakke broeders’ daarin en kiest er vervolgens eentje uit.Wanneer het moment komt, laat de slechte manager aan iedereen weten dat zijn targets nadelig werden beïnvloed door het slechte presteren van die zwakke collega. Het is eigenlijk zijn schuld, hij heeft niet gedaan wat er is afgesproken en dus is het geen wonder dat hij, de slechte manager, de zaak onmogelijk nog kon redden. Wanneer de slechte manager deze aanvalstactiek kiest, gebeurt er iets opmerkelijks: al zijn collega’s zullen hem te hulp schieten en volmondig beamen dat het de schuld van die zwakmans is. Ze zijn immers blij dat ze zelf niet de ongelukkige zijn en bovendien kunnen ze nu ook die zwakkeling blameren voor hun eigen falen. Het zal niet lang duren voordat de manager in kwestie wordt gevraagd een uitdaging elders aan te gaan. De zoektocht naar een nieuwe manager kan dan beginnen en uiteraard zorgt de slechte manager ervoor dat hij in de selectiecommissie zit. Daar brengt hij de gebruikelijke vertragingstechnieken in stelling, want hoe langer het duurt voordat er iemand is gevonden, hoe langer hij kan zeggen: ‘Het is geen wonder dat het niet lukt.We moeten die opengevallen plaats nu zelf proberen op te vullen en we moeten daardoor keihard werken om überhaupt ons hoofd boven water te houden. Kom dus niet zeuren over een paar targetjes die niet zijn gehaald.’ Daarbij zorgt de slechte manager er vanzelfsprekend voor dat er geen goede, sterke manager in de plaats komt van de weggewerkte zwakmans.

Van dit gedrag zal niemand opkijken. Het is immers uiterst menselijk: succes ligt bij jezelf, falen ligt altijd aan een ander! De slechte manager weet overigens dat, mochten bovenstaande drie aanvalstactieken niet meer werken en hij er geen verdere vertraging meer uit kan slepen, hem nog één actie rest: hij zorgt ervoor nooit langer dan drie jaar in functie te blijven. Hij verkast binnen die periode en bij zijn nieuwe bedrijf gaat hij het hele circus weer opnieuw in stelling brengen. Aanvallen!

Hoe benadeelt ritueel 4 de high performance organisatie?

De slechte manager geeft de schuld aan de managementrapportage, buitenwereld en zwakke collega’s, dan beïnvloedt dat de volgende HPO-aspecten negatief:

Het HPO Center verzorgt regelmatig inspiratiesessies, workshops en lezingen rond succesvol samenwerken, prestatieverbetering en High Performance Leiderschap. Heeft u interesse, vragen of wilt u meer weten over wat het HPO-raamwerk en onze HPO-experts voor uw organisatie kunnen betekenen? Neemt u dan contact op met Chiel Vink (T. 035-6037007).

Bron: 10 Rituelen van slecht management door André de Waal

Mobiele versie afsluiten